Ja’akov Adler
(1911-2007)
Nadat Hitler in 1933 aan de macht kwam vluchtte Ja’akov Adler uit zijn geboorteplaats Neurenberg naar Straatsburg. Na een kort verblijf in deze stad en in Parijs vestigde hij zich in Amsterdam. Daar maakte hij zijn studie af en werd arts in het Joodse ziekenhuis. Hij trouwde met de in Steenwijk geboren verpleegster Beckel (Betsy de Leeuw, 1913-2012).
Begin 1943 doken ze met zijn ouders onder. In de onderduik kregen ze in Meppel hun eerste dochter. Ja’akovs vader werd bij een razzia op de Wetering gepakt en in Dokkum gefusilleerd.
In 1949 vertrok Ja’akov met vrouw en drie dochters naar Israël. In 1991 schreef hij in het Hebreeuws zijn herinneringen aan de periode 1933-1949 op. Een Nederlandse vertaling verschijnt begin mei 2019 bij Toetssteen.